home  > maatregelen  > effectiviteit  > bomen

Het planten van bomen

Een van de meest effectieve manieren om de CO₂-concentratie in de atmosfeer te verlagen is het tegengaan van ontbossing en het planten van bomen. Indien Nederland zijn klimaatbudget hiervoor zou aanwenden, heeft dit 100 keer meer CO₂-besparing tot gevolg.

Een van de meest effectieve manieren om de CO₂-concentratie in de atmosfeer te verlagen is het tegengaan van ontbossing en het planten van bomen. Bomen halen CO₂ uit de lucht en vormen die via fotosynthese om tot zuurstof en plantmateriaal. Bomen hebben in vergelijking met andere gewassen de grootste netto CO₂-opname, omdat ze dit omzetten in hout en wortels. De CO₂-fixatie is dus veel groter in bossen dan in weiland of akkers. Zij kunnen daarom een deel van de CO2 uitstoot compenseren. Bossen onttrekken jaarlijks ongeveer 2,6 gigaton koolstof (9,5 gigaton CO₂) aan de atmosfeer Bron: IPCC Assesment Report 5, pag 471. Dat is ongeveer 30% van wat mensen jaarlijks aan uitstoot produceren.

Vaak wordt gedacht dat alleen nieuwe aanplant per saldo CO₂ opneemt, vanuit de gedachte dat als organisch materiaal afsterft en gaat rotten de CO₂ weer vrij komt in de atmosfeer. Onderzoek van onder andere Sebastiaan Luyssaert et al. laat zien dat ook bestaande bossen per saldo CO₂ opnemen: “Our results demonstrate that old-growth forests can continue to accumulate carbon, contrary to the longstanding view that they are carbon neutral.” Nederlands“Onze resultaten tonen aan dat oude bossen koolstof kunnen blijven opslaan, in tegenstelling tot de al lang bestaande opvatting dat ze koolstofneutraal zijn.”

Naast CO₂-opname hebben bomen nog veel andere voordelen voor ons dagelijks leven. Ze filteren schone lucht, zorgen voor vers drinkwater, geven verkoeling in steden en creëren leefruimte voor duizenden soorten planten en dieren. En bij goed bosbeheer komt er ook hout beschikbaar voor bijvoorbeeld de bouw van huizen.

Tegengaan van ontbossing

De eerste en belangrijkste stap is het tegengaan van de ontbossing. Volgens een studie van T. W. Crowther et al. gaat het om zo'n 15 miljard bomen per jaar die worden gekapt (op een totaal aantal van ruim 3.000 miljard bomen op de wereld). Het gebeurt op grote schaal in tropische regenwouden in Zuid-Amerika, Afrika en Azië, onder andere voor het verkrijgen van landbouwgrond, mijnbouw en houtproductie. Maar ontbossing vindt ook in andere streken plaats, onder meer voor het verkrijgen van biomassa dat gesteund met subsidies op steeds grotere schaal wordt gebruikt voor de productie van elektriciteit in Europa. De Nederlandse regering wil de subsidies nog zeker tot voorbij 2030 laten doorlopen, met in totaal een toegezegde omvang van bijna €18 miljard (€2.300 per huishouden).

In bestaand bos is veel koolstof opgeslagen. Bossen bevatten per hectare 20 tot 50 keer meer koolstof dan landbouwgronden. Na houtkap komt dit voor een groot deel door verbranding of rotting in de vorm van CO₂ vrij in de atmosfeer.

Volgens een studie van Yude Pan van Harvard Universiteit veroorzaakte ontbossing in de periode 2000 tot 2007 per saldo een uitstoot van 1,1 GtC per jaar op, oftewel ruim 4 miljard ton CO₂ per jaar. Dat is ongeveer gelijk aan de jaarlijkse CO₂-uitstoot van alle elektriciteitscentrales van de ontwikkelde landen in wereld. NederlandsAustralië, Canada, Chili, Europese Unie, IJsland, Israël, Japan, Korea, Mexico, Noorwegen, Nieuw Zeeland, Zwitserland, Turkije, en de Verenigde Staten. Ter vergelijking: alle zon- en windparken leveren in die landen op dit moment een besparing van 10% van de CO₂-uitstoot van die centrales.

Koolstofopname van bossen
Afbeelding 1: Koolstofopname van bossen in de wereld. Ontbossing levert per saldo een jaarlijkse uitstoot op van 1,1 gigaton koolstof. Bron: Pan et al.


Als ontbossing een land was, stond het voor wat betreft CO₂-uitstoot op de derde plaats in de wereld
Afbeelding 2: Als ontbossing een land was, stond het voor wat betreft CO₂-uitstoot op de derde plaats in de wereld. Bron: Seymour & Busch, 2016

Het stoppen van de ontbossing zou dus direct een enorme CO₂-winst opleveren ten opzichte van de huidige situatie. In hun uitgebreide studie over ontbossing geven Seymour en Busch een andere vergelijking om de enorme impact duidelijk te maken. Als de jaarlijkse ontbossing in de tropen een land zou zijn, stond het op de derde plaats in de ranglijst, tussen Europa en de Verenigde Staten.

Het tegengaan van houtkap in de tropische regenwouden is geen gemakkelijke opgave omdat het gekoppeld is aan onder meer de behoefte aan landbouwgrond, de sterke groei van mijnbouw en het gebruik van hout voor energieopwekking. Bovendien spelen factoren als armoede, illegale houtkap en corruptie ook een grote rol. Vanuit het westen zijn het op dit moment alleen de natuurorganisaties die hiertegen in het geweer komen. Ten opzichte van de (andere) inspanningen voor klimaatverandering is de politieke aandacht voor dit onderwerp vanuit overheden erg beperkt. Ook de hoeveelheid geld die beschikbaar is om ontbossing tegen te gaan staat in geen verhouding tot de bedragen die voor ‘hernieuwbare’ energie beschikbaar zijn. Bovendien hebben westerse landen weinig recht van spreken, zolang hier ontbossing ten behoeve van het gebruik van biomassa wordt gesubsidieerd.

Trillion Trees

Er zijn de afgelopen jaren verschillende studies uitgevoerd, die laten zien dat er nog veel grond beschikbaar is om op grote schaal bomen te planten. De studie 'The global tree restoration potential' uit 2019 van Jean-Francois Bastin et al. laat zien dat op de wereld naast de bestaande natuur-, landbouw en stedelijke gebieden er nog zeker 0,9 miljard hectare grond beschikbaar is voor bosbouw, een gebied zo groot als de Verenigde Staten en goed voor 1.000 miljard (trillion) bomen.

Een ontbost gebied in Peru veroorzaakt door illegale mijnbouw, geschikt voor herbebossing
Afbeelding 3: Een ontbost gebied in Peru veroorzaakt door illegale mijnbouw, geschikt voor herbebossing
Wereldwijde boomdichtheid. Bestaande bossen worden groen weergegeven, potentiële bossen zijn geel.
Afbeelding 4: Wereldwijde boomdichtheid. Bestaande bossen worden groen weergegeven, potentiële bossen zijn geel. Bron: Bastin, 2019

Het gaat daarbij om gebieden die zich goed lenen voor bosbouw, bijvoorbeeld verlaten landbouwgebieden, gebieden waar eerder ontbossing heeft plaatsgevonden, enzovoorts. Een gebied van die omvang is volgens de onderzoekers in staat om meer dan 200 gigaton koolstof (GtC) vast te leggen. Ter vergelijking: de totale omvang van menselijke CO₂-uitstoot van de afgelopen tientallen jaren is 300 GtC (nu ongeveer 9 GtC per jaar).

Het onderzoek van Brancalion et al., 2019, laat zien dat er veel 'laaghangend fruit' is in tropische en subtropische gebieden. Het tegengaan van ontbossing en de aanplant van nieuwe bossen is daar relatief goedkoop en levert veel CO₂-besparing. Het gaat daarbij om landen als Brazilië, Indonesië, India, Madagascar en Colombia. Goed beheerde bossen kunnen ook helpen om de biodiversiteit in stand te houden of te verbeteren en bij de economische ontwikkeling in lage-inkomensregio's.

De studies hebben meegeholpen in het onder de aandacht krijgen van het belang van het herstel van bossen op de wereld, niet alleen voor de CO₂-reductie maar ook voor het herstel van de biodiversiteit. Er zijn verschillende initiatieven ontstaan om dit te verwezenlijken, zoals bijvoorbeeld het programma Trillion Trees van de natuurorganisaties WCS (Wildlife Conservation Society), WWF (Wereld Natuur Fonds) en BirdLife International. Aan het plan One trillion trees van het World Economic Forum hebben ook de Verenigde Staten hun medewerking toegezegd.

Lage kosten

CO₂-compensatie door de aanplant van bomen
Afbeelding 5: CO₂-compensatie door de aanplant van bomen
Om de kosten in te schatten van het planten van bomen of tegengaan van houtkap kunnen we kijken naar de vele initiatieven voor CO₂-compensatie. Hierbij wordt veelal gebruik gemaakt van certificaten, die zekerstellen dat 1 ton (ofwel 1.000 kg) CO₂-uitstoot is vermeden, of is opgenomen uit de atmosfeer. Organisaties die dit aanbieden zijn onder meer FlyGRN voor vliegreizen, Hier.nu voor energiebedrijven, Shell voor gereden autokilometers, Trees for All, enzovoorts.

De kosten voor CO₂-compensatie op basis van het planten van bomen varieert: van ongeveer €4 tot €12,50 per ton CO₂. De verschillen kunnen te maken hebben met de soms bredere doelstelling van de betreffende organisatie.

Als voorbeeld nemen we Shell die relatief lage kosten heeft. Shell biedt zijn klanten de mogelijkheid om hun CO₂-uitstoot te laten compenseren door vrijwillig 1 cent per liter brandstof extra te betalen. Het geld investeert Shell in het behoud van bossen of de aanplant van nieuwe bomen die direct CO₂ opnemen uit de lucht, waarmee het de CO₂-uitstoot van de auto volledig compenseert. Op basis van de CO₂-emissiefactoren voor brandstof is eenvoudig uit te rekenen, dat Shell ongeveer €4 ontvangt om 1 ton CO₂ te compenseren. Nederlands€3,88 voor diesel en €4,34 voor benzine.

Het voorbeeld van Shell laat zien dat CO₂-vermindering door de aanplant van bossen een bijzonder effectieve manier is. De kosten zijn een factor 100 lager dan wat Nederland met de huidige klimaatplannen beoogt te realiseren. Of andersom geredeneerd: als Nederland zou besluiten het klimaatbudget op deze wijze in te zetten, heeft dat 100 keer meer impact. Het aanplanten van bossen is bovendien low-tech, waarmee het gemakkelijk over de hele wereld is uit te voeren. Bovendien treden er geen negatieve milieu-effecten op, zoals bij de bestaande maatregelen, en kan het voor een versterking van de biodiversiteit zorgen.

Werkt CO₂-compensatie?

Er is regelmatig veel kritiek op het compenseren van CO₂-uitstoot door het planten van bomen. Het zou dweilen zijn met de kraan open. Verder is de compensatie van koolstof is wel vergeleken met de verkoop van aflaten in de Middeleeuwen: in ruil voor financiële donaties aan de kerk werden al je zondes kwijtgescholden. Net als aflaten stellen CO₂-compensaties je in staat om je schuldgevoel af te kopen.

Toch is die kritiek niet terecht. Het voorkomen van houtkap en het planten van bomen zorgen voor een structurele opname van CO₂ uit de atmosfeer die veel goedkoper en sneller tot stand komt dan de huidige klimaatmaatregelen. En het grote voordeel is dat het positief bijdraagt aan natuur, milieu en biodiversiteit, wat niet gezegd kan worden van biomassa, windmolens, zonnepanelen en elektrische voertuigen. Kijkend naar de wereldwijde ontbossing zijn de huidige klimaatmaatregelen eerder te beschouwen als ‘dweilen met de kraan open’. De CO₂-uitstoot als gevolg van ontbossing is een veelvoud van alle inspanningen die we plegen op het gebied van hernieuwbare energie.

Het planten van bomen voorkomt inderdaad niet dat we gebruik blijven maken van fossiele brandstoffen. Het is echter ontegenzeggelijk dat de welvaart en de omvang van de wereldbevolking een op een gekoppeld zijn aan de beschikbaarheid van energie en het gebruik van fossiele brandstoffen. Alleen al voor basis levensbehoeften als voedsel, kleding, huizen, verwarming, gezondheidszorg, onderwijs, vervoer, enzovoorts is veel energie nodig. En dat lukt voor bijna 8 miljard bewoners gewoon niet met alleen windmolens en zonnepanelen.

Om de afhankelijkheid van fossiele brandstoffen te verminderen, zijn andere technieken nodig. Technieken waarbij de energiedichtheid veel groter is dan die van hernieuwbare bronnen en van fossiele brandstoffen. De perspectieven hiervoor op basis van kernenergie, met name op basis van thorium zijn zeer hoopgevend. In de tussenliggende periode is het goed om te kiezen voor de oplossing die het meeste bijdraagt en de minste schade toebrengt aan natuur en milieu.


< Vorige Gewijzigd: 03-05-2021 Volgende >